Toekomstbestendig zijn en blijven, het is een uitdaging waar ook organisaties in onze regio mee te maken hebben. Het implementeren van nieuwe businessmodellen kan een oplossing vormen voor dit lange termijnvraagstuk. Wij vroegen maar liefst zeven organisaties in Oost-Nederland naar hun kijk hierop. Zij zijn bewust bezig met het doorontwikkelen van hun bedrijfsvoering en de transitie naar een nieuwe economie. Niet alleen wat betreft duurzaamheid, óók op het gebied van mens en talent.
Vertel eens over uw organisatie, wat maakt deze onderneming bijzonder?
Esmée Pater, regiomanager VNO-NCW Midden: VNO-NCW Midden is een krachtige ondernemersvereniging. Wij zetten ons al jaren in voor een sterk ondernemersklimaat in onze regio. Ondernemers moeten de ruimte krijgen om te blijven ondernemen. Wij behartigen de belangen van onze ondernemers op de belangrijkste ondernemersthema’s. Denk hierbij aan innovatie, duurzaamheid, de energietransitie, maar ook bedrijventerreinen en infrastructuur. Hiervoor zijn we een belangrijk klankbord voor partners en externe stakeholders zoals gemeenten, provincies, arbeidsmarktregio’s en andere brancheverenigingen
Esther Jansen, MKB Bedrijfsadviseur duurzaamheid bij WMKB: Door hulpvragen over duurzaamheid vanuit de MKB-maakindustrie in Overijssel is WMKB ontstaan, wat staat voor Waardenvol MKB. Het doel is nu om zo veel mogelijk bedrijven te helpen hun bedrijfsvoering klimaatneutraal, circulair en inclusief in te richten. Daarmee richt je je op het lange termijn bestaansrecht van je bedrijf. WMKB helpt ondernemers en medewerkers in beweging te komen, door hen te laten reflecteren op hun rol in de keten en een nieuwe balans te vinden in de waarden die zij creëren. Stap voor stap zonder het ingewikkeld te maken.
Gerard Hofmeijer, Managing Partner Financiering+: Financiering+ is een financieel MKB-regisseur en werkt uitsluitend voor het MKB in Europa. Wij richten ons als ‘one stop shop’ op het aantrekken van (groei)kapitaal en het aandragen van financiële oplossingen aan MKB-ondernemers, vastgoedondernemers en projectontwikkelaars, ook bij en in complexe situaties. In meer dan 75% van de opdrachten draagt Financiering+ oplossingen aan, aan de zijde van het eigen vermogen. Wij werken dus veel samen met investeerders en strategische partijen, maar verzorgen ook de meer eenvoudige financieringen via (vastgoed)banken. Daarnaast regisseert en begeleidt Financiering+ ook financieringsoplossingen met behulp van nieuwe financieringsmogelijkheden zoals crowdfunding, maar ook de zeer jonge – en nog verder te ontwikkelen – financieringsoplossing middels tokens.
Thomas Kruip, directeur-eigenaar van Aloys Roemaat Transport B.V.: Roemaat Transport is een authentiek en innovatief Achterhoeks familiebedrijf, gespecialiseerd in eigen transport in de Benelux en Duitsland. Dagelijks zijn we bezig met het vervoer van goederen over de weg, met de inslag, opslag en uitslag van producten in onze warehouses. Wij vervullen hiermee de totale ontzorging van de logistieke processen van onze partners. De mens staat bij ons centraal en samenwerken is ons speerpunt. Ons motto luidt dan ook: Samen. Onderweg.
Stefan van Uffelen, CEO van Cooll Sustainable Energy Solutions B.V.: Cooll heeft de technologie ontwikkeld voor een thermische warmtepomp. We zijn nu de marktintroductie van het eerste product aan het voorbereiden. Onze ambitie is om het hart van de warmtepomp zelf te gaan produceren en de technologie te leveren aan fabrikanten van verwarmingssystemen.
Robert Heinst, ondernemer Olympia Achterhoek | Liemers | Midden-Twente: Bij Olympia denken we vanuit talent. Wat mensen kunnen, willen en waar ze voldoening uit halen. We zorgen ervoor dat kandidaten op een plek terechtkomen waar ze het beste uit zichzelf kunnen halen. Bij een werkgever die bij hen past. En we investeren in de ontwikkeling van mensen om hen te helpen aan duurzaam werk. Want we geloven dat betekenisvol werken bijdraagt aan individuele voldoening, betrokkenheid, trots en collectief welzijn. Voor organisaties zijn we een HR-kennispartner en verbinder. We inspireren, begeleiden en adviseren werkgevers zodat zij een omgeving creëren waarin continu ontwikkelen centraal staat.
Edwin de Veen, directeur MENNEKES eMobility Nederland B.V.: MENNEKES heeft ruim 80 jaar ervaring in de elektrotechniek. Sinds 2008 is het bedrijf actief in de eMobility-markt en staat het garant voor kennis, innovatie en kwaliteit op het gebied van laadoplossingen voor elektrisch vervoer. Denk aan laden op zonne-energie, energiemanagement en toekomstbestendige laadpleinen. Circulaire economie is een belangrijk onderdeel van de MENNEKES-bedrijfsvoering. Zo is de onderneming gecertificeerd als duurzaam bedrijf met de ISO 14001 en 50001 en wil het zijn verantwoordelijkheid nemen richting mens en milieu.
Is er – binnen uw bedrijf en de regio – een noodzaak om nieuwe businessmodellen te implementeren?
De Veen (MENNEKES eMobility): EMobility is een sterk groeiende markt. Veel aanbieders grijpen de kans om een positie te bemachtigen. Wij staan als bedrijf voor hoogwaardige kwaliteit, techniek en duurzame productie. Dan moet je kans zien om bedrijven en consumenten, die hier bewust voor kiezen, aan je te binden. Tegelijk is dit een markt in ontwikkeling waar nieuwe technieken elkaar vrij snel opvolgen en waar nieuwe doelgroepen ontstaan. Het ontwikkelen van nieuwe businessmodellen blijft nodig. Veel bedrijven in deze regio zijn bezig met de energietransitie en de gemeente Deventer is ook actief op dit gebied. Zo tekende de stad in 2017 de Green Deal met de Rijksoverheid voor een Zero Emission Stadslogistiek en zal Deventer (samen met de 40 grootste steden in NL) per 2025 een stadsgebied hebben waar bevoorrading zonder uitstoot van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. De gemeente streeft ernaar om in 2030 een klimaatneutrale stad te zijn. Minder energie gebruiken en duurzame energie opwekken zijn belangrijke manieren om Deventer duurzamer te maken.
Heinst (Olympia): Ja, want de arbeidsmarkt was, is en blijft structureel krap. Vanwege vergrijzing, maar ook om grote maatschappelijke ambities waar te maken, zoals de energietransitie. En de arbeidsmarkt verandert continu. Het is belangrijk dat organisaties wendbaar blijven en in blijven spelen op de vraag naar werk van nu en die van morgen. Er liggen kansen in anders durven kijken, in het ontwikkelen van eigentijdse praktijkgerichte ontwikkeltrajecten en het gebruikmaken van onbenut arbeidspotentieel. Zowel binnen als buiten de organisatie.
Van Uffelen (Cooll Sustainable Energy Solutions): Een nieuwe technologie opent de mogelijkheid voor veel nieuwe businessmodellen. Onze uitdaging is meer om de beste route te kiezen. Wij maken onze keuzes vanuit ons doel om de positieve milieu-impact van onze technologie te maximaliseren.
Kruip (Aloys Roemaat Transport): Ja, wij vinden het een noodzaak. Als je sterker en efficiënter wilt worden kun je dat niet alleen bereiken door hetgeen te doen wat je altijd al deed. De wereld verandert snel op het gebied van IT, wet- en regelgeving en technische ontwikkelingen rondom duurzaamheid. Tevens komen er altijd nieuwe innovaties vrij, waar je goed over na moet denken om ze eventueel toe te kunnen passen. Dit bekijken wij niet alleen voor onze eigen logistieke branche. De behoeftes en de manier van bedrijfsvoering van bedrijven in de regio zijn ook aan het veranderen en daar moet je op inspelen.
Hofmeijer (Financiering+): Jazeker, opdrachtgevers vragen hier ook om. Het runnen van een onderneming vraagt meer en meer van ondernemers, waardoor zij steeds vaker bepaalde taken willen afstoten. Ook op het vlak van financiering. Hiervoor kunnen wij businessmodellen (diensten) ter beschikking stellen, zoals Werkkapitaal365, dat 365 dagen per jaar de onderneming voorziet van voldoende (werk)kapitaal.
Jansen (WMKB): In de Transitieagenda Maakindustrie wordt het toepassen van circulaire businessmodellen gestimuleerd. Steeds meer bedrijven stappen gedeeltelijk over naar een product-as-a-service (PAAS) businessmodel, waarbij het hardware product wordt verkocht in combinatie met software en dienstverlening. Dit nieuwe businessmodel kan een prikkel zijn voor producenten om de producten zo efficiënt mogelijk en grondstofarm te produceren. Een duurzame end-of-life strategie daarvoor is re-manufacturing. De goedkopere productiekosten ten opzichte van een nieuw product zullen de marktdynamieken gaan veranderen.
Pater (VNO-NCW Midden): We zijn op dit moment erg druk met een aantal urgente (transitie)thema’s: de energietransitie, de grote tekorten op de arbeidsmarkt én netcongestie. Die onderwerpen raken ons allemaal: van inwoners tot bedrijven en van overheid tot onderwijs. Als een bedrijf geen elektriciteitsaansluiting kan krijgen, dan kunnen we niet verduurzamen. Alleen gezamenlijk kunnen we dit oplossen. Het verenigen van ondernemers wordt daardoor ook steeds belangrijker: als je je stem wilt laten horen, zul je je moeten verenigen.
Welk thema is leidend bij het implementeren van nieuwe businessmodellen binnen uw bedrijf?
Kruip (Aloys Roemaat Transport): Het thema dat bij ons leidend is, is dat het duurzaam moet zijn voor ons bedrijf. Als je iets nieuws gaat doen moet het een lange termijn strategie betreffen. Het hoeft niet per se iets te vervangen, maar het moet wel iets bijdragen of toevoegen in de brede zin van ons bedrijf, ons personeel en onze klanten: het moet voor iedereen toekomstperspectief hebben.
Van Uffelen (Cooll Sustainable Energy Solutions): Bij ons is milieu-impact leidend. Wij willen niet dat onze technologie in een nichemarkt terechtkomt, wij willen juist zo snel mogelijk wereldwijd opschalen. Daarvoor moeten wij stap voor stap meer focussen op het hart van onze technologie.
Hofmeijer (Financiering+): Ons leidende thema is het duurzaam (financieel) ontzorgen van de opdrachtgever. Dat werkt kansrijk en relatie-bouwend, en geeft aan de zijde van opdrachtgever en opdrachtnemer vreugde in de samenwerking.
Heinst (Olympia): Bij Olympia ligt de focus op collectief welzijn in de regio en het sterker maken van de arbeidsmarkt. We anticiperen dan ook op ontwikkelingen in de markt en focussen op het benutten van talenten in organisaties. Wat we zien is dat veel organisaties nog werven op traditionele manieren. Hierdoor weten talent en organisatie elkaar onvoldoende te vinden. Ook liggen er kansen in het behouden van medewerkers. De echte winst op lange termijn valt te behalen als je naar de wensen, drijfveren en talenten van elk individu kijkt.
Jansen (WMKB): Bij veel bedrijven zijn duurzame klanteisen een belangrijk thema om te gaan experimenteren met nieuwe businessmodellen. Een ander thema is de volatiliteit van ruwe grondstofprijzen en de leveringszekerheid. Dit maakt circulaire strategieën zoals re-manufacture, repair, redesign en reduce aantrekkelijker, omdat je grondstoffenstromen dan veel voorspelbaarder en goedkoper zijn. Ik denk dat we nog niet helemaal op dat kantelpunt zitten, maar dat deze ontwikkeling wel snel kan gaan.
Pater (VNO-NCW Midden): De urgente (ondernemers)thema’s staan bij ons vooraan. Samen met de ‘A’ van aandacht voor onze leden. Dat betekent dat we als organisatie niet alleen de lange termijn lobby oppakken (een nieuw bedrijventerrein kost bijvoorbeeld gemiddeld vijftien jaar), maar ook steeds sneller moeten schakelen. Het zou mooi zijn als we door betere samenwerking ook deze versnelling kunnen maken. Als we de problemen niet groter willen laten worden, moeten we nu acteren en knopen doorhakken. Onze provincievoorzitters riepen daar onlangs al voor op in een krantenartikel.
De Veen (MENNEKES eMobility): Wij helpen bedrijven de energietransitie te verwezenlijken, specifiek door laadinfrastructuur in combinatie met energiedistributie en duurzame opwekking. Totale ketenregisseur zijn is daarbij een toegevoegde waarde. Daarnaast is beschikbaarheid en 24/7 service zeer belangrijk.
Welke rol spelen nieuwe businessmodellen binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van uw organisatie?
Heinst (Olympia): Vanuit onze focus op talent, de arbeidsmarkt en maatschappelijke ontwikkelingen werken we zowel in- als extern samen om vraagstukken om te zetten in concrete acties. We zijn een belangrijke schakel in het samenbrengen van ondernemers, onderwijs, overheid en organisaties. Zo hebben we in samenwerking met opleidingsinstanties leerwerkrotondes ontwikkeld voor vakmensen in de logistiek, operators en energiemonteurs. We ontwikkelen mensen via de Olympia Vakschool en begeleiden kandidaten vanuit onze afdeling specialty’s.
De Veen (MENNEKES eMobility): eMobility is een markt in ontwikkeling met nieuwe spelers. Dit komt in een nieuwe fase waardoor flexibel gekozen moet worden aangaande het businessmodel. Hier is het hele bedrijf bij betrokken.
Pater (VNO-NCW Midden): We helpen onze leden specifiek op de vier belangrijkste thema’s: arbeidsmarkt & onderwijs, energie & circulair, infrastructuur & ruimte, en innovatie & groei. Dat doen we zowel door kennis en informatie te delen, als events te organiseren en te lobbyen. Om dat voor elkaar te krijgen heb je een sterk team nodig, dat bij alle facetten betrokken is en breed geïnteresseerd is in de materie. Dus iedereen is erg betrokken.
Jansen (WMKB): Nieuwe businessmodellen zouden de transitie naar een circulaire en waardenvolle economie kunnen faciliteren. Ik probeer vanuit verschillende hoeken goed geïnformeerd te blijven over de ontwikkeling van nieuwe businessmodellen. Daarbij kijk ik niet alleen naar de bedrijfskundige kant, maar ook naar wat er op menselijk vlak bij komt kijken. Het vraagt namelijk om een shift in mindset: de verandering van het traditionele take-make-waste paradigma naar een circulaire manier van produceren en consumeren.
Kruip (Aloys Roemaat Transport): Dit speelt zeker een belangrijke rol, we zijn er nagenoeg iedere dag mee bezig. We hebben een klankbordgroep met leden van alle afdelingen, een regulier managementteam en een ‘MT van de toekomst’. In al deze teams halen en geven we informatie zodat we iedereen meenemen en betrekken bij de toekomst van Roemaat. Door de belangrijkste strategische stappen bedrijfsbreed te delen, krijgen we veel input en weet iedereen wat er aan gaat komen.
Hofmeijer (Financiering+): Nieuwe businessmodellen spelen een grote rol binnen onze bedrijfsvoering. Aan de hand van de aanvragen die binnenkomen, maar ook de (internationale) ontwikkelingen in de wereld proberen wij onze dienstverlening steeds beter af te stemmen op toekomstige financieringsvragen, en daarvoor nieuwe businessmodellen te ontwikkelen.
Van Uffelen (Cooll Sustainable Energy Solutions): Wij hebben nu direct klantcontact: B2B. Een aantal warmtepompen gaan naar consumenten: B2C. Maar wij zullen geen B2C-bedrijf worden, omdat landelijke of internationale service verlenen een grote en riskante stap is voor een startup. Dat kunnen internationale system integrators veel beter.
Wat is uiteindelijk het doel en hoe hoopt u dat te bereiken?
Jansen (WMKB): WMKB wil bijdragen aan een toekomstbestendig en waardenvol MKB dat aansluit op behoeften van het heden, zonder negatief effect op behoeften van toekomstige generaties. Hierbij houden we de doelstelling van de Rijksoverheid voor ogen: Nederland circulair in 2050. Samen met partners en bedrijven helpen we mee aan de oplossingen die gericht zijn op toekomstbestendigheid en klimaatneutraal ondernemen.
Kruip (Aloys Roemaat Transport): Ons doel is dat als we nieuwe businessmodellen doorvoeren, dit toekomstbestendig moet zijn voor ons bedrijf en iets moet toevoegen aan het geheel. Wij bereiken dit door in innovatieve werkgroepen te zitten, door studenten stages aan te bieden, door met ons ‘MT van de toekomst’ bezig te zijn en door intensieve samenwerking met onze klanten. Je kunt het nooit alleen, dus is samenwerking een vereiste, zowel binnen als buiten de organisatie.
Heinst (Olympia): Ons doel is een nieuw Nederland creëren. Een samenleving waarin ieders talent wordt benut. Waarin iedereen vanuit bezieling kan werken in een wendbare organisatie. We zijn zelf werkgever en hebben de verantwoordelijkheid voor onze medewerkers en flexkrachten. Die verantwoordelijkheid en de rol van betekenisvol werken delen we met onze opdrachtgevers. Met ondernemers die een werkomgeving willen creëren waarin continu ontwikkelen en betekenisvol werken centraal staan. Bedrijven die werken vanuit oprechte aandacht voor hun mensen.
Pater (VNO-NCW Midden): Wij hopen gezamenlijk met onze partners (lokale bedrijvenkringen en brancheverenigingen) de samenwerking te vergroten met overheid, onderwijs en overige stakeholders. Daarvoor is integrale samenwerking nodig en veel vertrouwen in elkaar. Om de grote transitiethema’s op te pakken zullen we dat samen moeten doen.
De Veen (MENNEKES eMobility): Samenwerking met marktpartijen is een must, zeker in de B2C-markt. Het is belangrijk 24/7 service te bieden qua infra, techniek, logistiek en leaseconcepten. Er ontstaan nieuwe doelgroepen. Dat zien we nu onder andere bij EV-voertuigen, (logistiek) transportbusjes en lichte vrachtwagens.
Van Uffelen (Cooll Sustainable Energy Solutions): Ons doel is om als OEM-maker leverancier te worden van thermische compressoren. Wij zijn daarvoor afhankelijk van de adoptie van de technologie door fabrikanten.
Hofmeijer (Financiering+): Ons uiteindelijke doel is dat we op ons vakgebied en in onze dienstverlening steeds meer de trusted financial advisor worden van onze opdrachtgever.
Hierdoor kunnen we tijdig financieel bijsturen en levert de verkregen opdracht aan beide zijden zelfs meer op dan wellicht de oorspronkelijke vraag was.
Hoe ziet uw organisatie eruit over 5 of 10 jaar? Is dat, onder invloed van nieuwe businessmodellen, heel anders dan nu?
Van Uffelen (Cooll Sustainable Energy Solutions): Nu ontwikkelen en produceren wij complete warmtepompen. Over vijf jaar produceren wij alleen thermische compressoren en de bijbehorende actieve kool. Verder ontwikkelen wij productvarianten in opdracht en in samenwerking met internationale fabrikanten van verwarmingstoestellen.
Heinst (Olympia): We zijn dé HR-businesspartner voor werkgevers in de regio. Voor elk vraagstuk kunnen ze bij ons terecht. Want wij beschikken over kennis, ervaring, ontwikkelmogelijkheden en talent. En wij bieden toegang tot ons grote netwerk. Daarmee helpen we organisaties groeien in economische en maatschappelijke waarde. Door het gesprek aan te gaan en te begeleiden bij goed werkgeverschap en een aantrekkelijke werkomgeving. Met oog voor het welzijn en de ontwikkeling van mensen. Want dat draagt bij aan productieve medewerkers, die geïnspireerd aan het werk zijn.
Kruip (Aloys Roemaat Transport): Wij zullen als logistiek dienstverlener blijven transporteren en goederen opslaan, en de logistieke processen van onze klanten blijven ontzorgen. Wel zien wij de organisatie veranderen doordat systemen, automatisering en IT om meer personeel op kantoor vraagt. Tevens zullen de nieuwe businessmodellen zich verder ontwikkelen. Als bedrijf blijven we ons daarop aanpassen om toekomstbestendig te blijven.
Hofmeijer (Financiering+): De eerdergenoemde rol van trusted financial advisor zal bij meerdere opdrachtgevers geïmplementeerd zijn. Daardoor zullen wij veel minder ad hoc hoeven te werken en kunnen we veel financiële (neven)schade en financiële stress bij ondernemers voorkomen. De eigen organisatie zal er daardoor zeker anders uitzien; veel duurzamer, waarbij ook nieuw talent kan bloeien.
Pater (VNO-NCW Midden): Onze vereniging zet in op groei én vernieuwing. Denk aan nieuwe vormen van lidmaatschap en een online community, voor meer aansluiting met de diverse doelgroepen, zoals jongere directeuren en ondernemers. Onze vereniging ontleent haar bestaansrecht aan haar leden, dus zij vormen het hart van de vereniging.
De Veen (MENNEKES eMobility): Over 5 tot 10 jaar is onze markt volwassen geworden. Deze markt vraagt continu om aanpassingen. Service en distributie stem je af op keuzes van partners en marketing/communicatie stem je af op de verschillende doelgroepen: B2B, B2C of B2B2C. Wij werken hard aan de innovatie en ontwikkeling van ons MENNEKES-portfolio, op het gebied van hardware door middel van nieuwe producten, nieuw design en nieuwe features. Op het gebied van software door het ontwikkelen van applicaties voor leaserijders en op het gebied van diensten door het doorontwikkelen van installatie en service.
Jansen (WMKB): Een bedrijf maakt onderdeel uit van een business-ecosysteem. In de natuur is een ecosysteem gezond en in balans als alle onderdelen in dat systeem goed op elkaar inspelen. Elk onderdeel heeft bestaansrecht dankzij de andere onderdelen. Ik geloof daarom dat we een flinke verschuiving gaan zien naar meervoudige waardecreatie om onze economie in balans te houden. Denk aan het toevoegen van waarde op menselijke, sociaal-relationele, materiële, ecologische en intellectuele aspecten. Organisaties zullen zich hierbij laten leiden door de behoeftes van hun stakeholders.