Over anders werken en innovatie
Nieuwe businessmodellen en werkwijzen worden door corona, thuiswerken en digitalisering in rap tempo afgedwongen. Dat heeft veel positieve kanten in zich. Zo stond onze organisatie thuiswerken vóór corona wel toe, maar er hing – emotioneel – toch altijd een zweem omheen van ‘de uitzondering op de regel’, en ‘het zich onttrekken aan de sociale controle die de kantoororganisatie oplegt’.
Nu blijkt dat de productiviteit van medewerkers hoog blijft, de output is wat men ervan verwacht en het effect van die output op de klant en de declaratie die Ernst & Young kan sturen is conform verwachting. Er ontstaan dus gedachten om niet weer volledig terug te keren naar kantoor en alternatieve werkwijzen en huisvestingsconcepten te verzinnen. Dat is, voor veel dienstverleners, een prima ontwikkeling.
Belastingdienst
Deze maand verscheen het jaarplan 2021 van de Belastingdienst en daarin werd voor 2021 als missie verkondigd dat de Belastingdienst de beste Belastingdienst voor Nederland wil worden. Nu is er maar één, dus die wedstrijd wordt snel gewonnen zou ik zo zeggen. Niettemin zitten er in dat jaarplan wel aandachtspunten waar we als ondernemer wellicht wat van gaan merken. Eén van de twee hoofdthema’s is een sterkere focus op dienstverlening. Nu ook de ambtenaren van de dienst thuiszitten is het niveau van dienstverlening, althans in mijn beleving, niet echt toegenomen. De afwikkeling van dossiers duurt langer dan normaal, de bereikbaarheid van inspecteurs is bepaald niet toegenomen en een digitaal, laat staan fysiek overleg, stuit op een hoop weerstand. In het jaarplan wil de Belastingdienst dit proberen op te lossen door een online chatdienst te introduceren. Niet echt een baanbrekende innovatie, maar misschien helpt het in de wedstrijd om de beste Belastingdienst niet van-, maar vóór Nederland te worden.
Innovatie
Over innovatie gesproken. Uit een onlangs gepubliceerd onderzoek naar de inzet van durfkapitaal om de stand van de innovatie in een land te meten, scoorde Nederland all time low. We kwamen in de wereldranglijst niet voor. Nummer 1 was de VS, 2 China, op 5 – verrassend – Israël en de grote afwezigen waren de (oude) Europese landen, terwijl voor broedplaatsen van innovatie altijd wordt gezegd dat een stabiel politiek klimaat, een optimale technische infrastructuur en een hoog opleidingsniveau van potentiële medewerkers essentieel is. Aan die laatste drie elementen kan ons land goed voldoen, – alhoewel er zo nu en dan twijfel bestaat aan de betrouwbaarheid van ons politiek klimaat – maar we investeren domweg te weinig om een nieuwe wereldspeler voort te kunnen brengen.
Als de oplossing van dit issue opgenomen zou worden in enig partijprogramma voor de verkiezingen begin volgend jaar, zou ondernemend Nederland een mooie boost kunnen krijgen.
Arnold Poelstra
Partner bij Ernst & Young Nederland