Bouwkosten die stijgen, bouwprojecten die vertraging oplopen, hoge faalkosten en weinig spraakmakende innovaties. ‘Zomaar’ een greep uit frustraties van de huidige bouwsector. En… de maatschappelijke weerslag die hieruit voortvloeit wordt steeds groter. Het levert zelfs problemen op. Dus dat de woningbouw gaat veranderen is zeker. Gezien de huidige ontwikkelingen is er geen stimulans voor de huidige contractpartijen van woningcorporaties om deze problemen aan te pakken. Willen we deze sector disruptief veranderen, dan is dat alleen mogelijk wanneer we de verhoudingen in de bouwsector aanpakken.
Industrialisatie is de sleutel
Lastige tijden dus voor de maatschappij die met smart wacht op goedkopere én betere woningen. Maar het goede nieuws is dat industrialisatie de doorslag kan geven! En industrialisatie, daar zijn we al een héél eind mee. Door woningen op geïndustrialiseerde wijze te vervaardigen, zijn bouwprocessen beter te controleren, beter voorspelbaar, nemen faalkosten af en verkorten we doorlooptijden.
Onderzoek
WEBO liet afgelopen halfjaar een student van Saxion Hogeschool Enschede los op de case. In het afstudeeronderzoek draaide het om zo efficiënt mogelijk op geïndustrialiseerde wijze woningen te vervaardigen. Hoe je het proces daarvoor moet inrichten. Tijdens dit onderzoek zijn er een diverse woningcorporaties geïnterviewd. Zo is bepaald welke behoeften er zijn voor deze woningen. Ook waren er interviews met andere betrokken partijen. Woningcorporaties worden gezien als de belangrijkste klant voor geïndustrialiseerde woningen. Zij kennen immers een heersend woningtekort en hebben een grote woningvoorraad. De belangrijkste behoeften voor woningcorporaties zijn:
• een lage Total Cost of Ownership
• gasloos
• duurzaamheidsaspect dat naar voren komt
• energiezuinige woningen
Aanpak
Om aan de behoeften tegemoet te komen is het verstandig de woning op te delen in elementen. Dit maakt het mogelijk om de gehéle woning in de fabriek te maken. Vervolgens is het zaak een consortium te vormen met een aantal andere partijen. Binnen dit consortium is er één coördinerende partij die het engineeren van het product en het volledige management op zich neemt. De overige partijen zijn producenten van één of meerdere woningelementen. Door te engineeren in BIM, wordt vanuit een centraal bestand de productie van alle elementen aangestuurd. Deze manier biedt mogelijkheden om het product, de woning dus, steeds verder te blijven ontwikkelen. Daardoor worden faalkosten beperkt en worden de bouwkosten steeds lager.
Aan de slag!
Alle kennis om dit proces in de praktijk toe te passen is er al. Het gaat er nu om de juiste partners te vinden en het daadwerkelijk te realiseren. Gaan we wachten tot een bedrijf zoals Toyota, die al bezig is met het industrieel vervaardigen van woningen, haar complete woningen in Nederland introduceert of pakken we zelf de handschoen op? Als het aan ons ligt steken we hier natuurlijk zelf de handen uit de mouwen!