Op 7 december heropende het TPAC (Thermo Plastic Applications Center) lab in Enschede met een forse uitbreiding van de faciliteiten en bestaat het tevens tien jaar. In het nieuwe lab is het mogelijk op kleine maar industriële schaal een volledige productiecyclus te doorlopen: van materiaal tot halffabricaat tot het verwerken en daarna weer recyclen én tenslotte ook nog eens het karakteriseren en doorrekenen van het materiaal. De nieuwe machines maakten die lijn compleet.
Veel Nederlandse bedrijven zijn actief in één van die tussenstappen. Dus als zij willen experimenteren met het maken van een auto-onderdeel, waarvoor je dus ook de andere stappen nodig hebt, dan kunnen ze dat in het TPAC-lab doen. Lector Ferrie van Hattum ondersteunt met zijn lectoraat-collega’s dat hele proces. In de toekomt staan de klimaatambities richting 2030 en 2050 centraal; een beweging van op olie gebaseerde composieten naar recyclaat voor de eerste periode richting 2030. De volgende slag is die van recyclaat naar biomaterialen, op weg naar 2050. En daarbij gaat het niet alleen om biobased, maar ook om biodegradable materialen.
Europese klimaatdoelstellingen
Een grote ontwikkeling die het TPAC de afgelopen tien jaar doormaakte, werd sterk ingegeven door de steeds urgenter wordende klimaatproblematiek, ziet Ferrie. “Toen we in 2013 startten, had niemand het nog over de Europese klimaatdoelstellingen voor 2030 en 2050. Mensen maakten zich wel zorgen, maar de politiek moest eerst in beweging komen en het bedrijfsleven begint nu ook echt die urgentie te voelen. Je ziet dat recycling en duurzaamheid overal bovenaan de agenda staan. Bedrijven vragen zich dan ook af hoe vies hun processen zijn: kunnen ze olie-gebaseerde materialen straks vervangen door recyclaat? En hoelang duurt het om dat alles straks volledig te verruilen voor biomaterialen?”
Het TPAC richt vooral op regionale bedrijven maar ook met de nationale industrie werkt het lectoraat Lichtgewicht Construeren samen. Dat komt mede doordat de alumni van Saxion in de technische hoek van het mkb werken en dat ruim 80 procent hier in de regio blijft. Het lab kan door zijn praktijkgerichte karakter beschouwd worden als de Research & Development-afdeling voor het midden- en kleinbedrijf uit de maakindustrie. Van het gebruik van olie, recyclaat naar een plek waar straks bio-based composieten worden ontwikkeld. Composieten die hun weg vinden in veiligheidsschoenen, autoportieren, kinderzitjes en vliegtuigdelen.